The Ashkenazim Are NOT Israelites
Het Rijk der Chazaren bestond uit een verbond van Turken, Iraniërs en
stammen uit Mongolië die leefden in wat nu het zuiden van Rusland, het
noorden van Georgië en het oosten van Oekraïne is.
Een deel van de
Chazaren bekeerde tot het jodendom tussen de zevende en negende eeuw.
Samen met groepen uit Mesopotamië en Grieks-Romeinse Joden, vluchtten
deze Joden in de dertiende eeuw naar het oosten van Europa.
Veel
Askenazim willen nu terug naar hun vaderland Oekraïne/Krim (Pale of
Settlement). Dat is voor de Zionisten in Israël een doorn in het oog.
Het
grootste deel van de Israëlische bevolking is van Oekraïns/Russische
afkomst.
De zogenaamde 'Chazarenthesis' stelt, dat de Centraal- en Oost-Europese asjkenazische joden - en dus de meerderheid van de joden in de wereld - afstammen van de joodse Chazaren en van bevolkingsgroepen die in de middeleeuwen door hen werden bekeerd tot het judaïsme.
Europese Joden zijn vooral afstammelingen van de Chazaren uit de Kaukasus.
De Chazaren waren van oorsprong een nomadische Turkse stammenbond – vermoedelijk verwant met de Hunnen – die in de vroege zevende eeuw vanuit het huidige Kazachstan naar de Wolga en het land ten noorden van de Kaspische Zee trok. Wat dit volk, dat oorspronkelijk zoals veel nomadenvolkeren het steppe-animisme aanhing, apart zet van de vele andere nomadenvolkeren in Eurazië, is, dat de koninklijke familie, de militaire aristocratie en een deel van de clanleiders en van het gewone volk zich vanaf omstreeks het jaar 740 geleidelijk tot het judaïsme zou hebben bekeerd. Hoe Kaspisch-Turkse nomaden, of bepaalde geledingen van hun maatschappij, zonder enige afstammingsband met Israël zich met het judaïsme gingen identificeren is een verhaal apart.
In de gebieden die ze overheersten kwamen de Chazaren in contact met de joden uit de Griekse handelssteden langs de Zwarte Zeekust, met leden van Irakees-joodse handelaarsgilden wiens netwerken tot aan de Wolga reikten, en met de zogenaamde ‘bergjoden’ uit de Kaukasus die van Iraanse origine zijn.
Naar alle waarschijnlijkheid raakten de Chazaarse elites via hen
geïnteresseerd in het judaïsme. Hun uiteindelijke bekering tot wat ze
‘het eerste geloof’ noemden, was ook een manier om een eigenheid te
bewaren tegenover de grote sedentaire beschavingen uit die tijd.
Het Chazarenrijk, dat zijn voornaamste hoofdstad had in Itil aan de monding van de Wolga, draaide economisch op pastorale veeteelt, landbouw, en visserij. Het was ook een schakel in de lucratieve handel in pelsen en hout tussen het Wolga-bekken, de Byzantijnse gebieden en Centraal-Azië, en was tevens een belangrijke leverancier van slaven voor de slavenmarkten in de islamitische wereld. Tot slot hief het, met behulp van zijn geduchte krijgsmacht ook tribuut bij zowel sedentaire als nomadische buurvolkeren.
Een genadeslag volgde in 1016 na een zware nederlaag tegen de Russen en
Byzantijnen. Leden van de Chazaarse dynastie probeerden tevergeefs om
een kleiner koninkrijk te handhaven aan de Don, in het zuiden van het
huidige Rusland.
Maar uiteindelijk gingen de brokstukken van dit cultureel toch wel
aparte rijk op in een nieuwe confederatie van de Kipçak en de Kuman,
twee andere Turkse nomadengroepen die zich in het vacuüm in de
Kaspisch-Pontische steppe nestelden.
Het verhaal van het Chazarenrijk is meer dan een leuk weetje uit de
geschiedenis van Eurazië.
De episode blijft vele eeuwen later immers
opduiken in mythes en in ideologische controverse. Op de Krim en in de
Kaukasus leven bijvoorbeeld nog altijd kleine groepen Turkstalige,
keraïtische joden die prat gaat op hun vermeende Chazaarse wortels.
De
vraag is ook of herinneringen aan de ‘joodse Chazaren’ en hun
slavenjachten in de Slavische gebieden het antisemitisme in het oosten
van Europa hebben gevoed.
De periode staat echter vooral centraal in een
controverse rond de eigenlijke ontstaansgeschiedenis van het joodse
volk en de legitimiteit van de zionistische ideeën.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten