“Oekraïne is niet aan het verliezen, maar het front beweegt de verkeerde kant op.”
Aldus
secretaris generaal Mark Rutte, tijdens zijn zoveelste internationale
optreden als NAVO’s trouwste herdershond. Een zin die zó paradoxaal is
dat zelfs Orwell even zou knikken.
Niet verliezen, terwijl je
terrein kwijtraakt. Niet falen, terwijl je terugtrekt. Niet bezwijken,
maar wel constant op adem komen. Het is de geopolitieke variant van “ik
ben niet dronken, de stoep beweegt”.
We horen dit vaker,
natuurlijk. “Het gaat goed met de economie, maar mensen voelen het nog
niet.”
“Er is geen woningnood, er zijn gewoon veel mensen zonder huis.”
“Het vertrouwen in de politiek is niet laag, mensen zijn alleen kritisch
betrokken.
” De Rutte-doctrine: als je de woorden maar soepel genoeg
maakt, past elke realiteit erin.
Maar nu gaat het niet om
stikstof, koopkrachtplaatjes of bonnetjes uit 2009. Het gaat om oorlog.
Echte oorlog. Lijken, drones, loopgraven.
Een conflict waarin Oekraïne
steeds meer terrein verliest, de dienstplicht wordt verlaagd tot
puberleeftijd en westerse wapens sneller sneuvelen dan het draagvlak
ervoor.
En toch: Rutte blijft glimlachen. “Het front beweegt de
verkeerde kant op,” zegt hij, alsof het een botsautootje is op
kermisstand.
: “Ze verliezen terrein.” Niet: “De strategie faalt.”
Nee, het front heeft even een slechte dag. Het beweegt verkeerd. Gênant
detail: het front is geen autonoom wezen. Het beweegt omdat mensen
rennen — vaak achteruit.
De ironie is compleet als je bedenkt dat
dezelfde Rutte jaren lang frontaal verantwoordelijk was voor elke
verkeerde beweging in eigen land. Groningers?
De verkeerde kant op
gebeukt.
Toeslagenouders? Verpletterd door zijn logica.
En nu Oekraïne:
als een pion op een geopolitisch schaakbord waar niemand nog weet wie er
eigenlijk schaak staat.
Maar hé, zolang het maar niet verliezen heet, kunnen we doorgaan met winnen.
Max von Kreyfelt
Geen opmerkingen:
Een reactie posten