Uit het boek van Henoch:
Hoofdstuk 6.
(H) De gevallen engelen die de mensen huwden
1. In de dagen dat de mensen zich vermenigvuldigden, waren de dochters die uit hen geboren werden mooi en elegant.
2.
De engelen, de hemelse zonen, zagen hen en begeerden hen. Zij zeiden
tegen elkaar: ‘Kom laten wij vrouwen kiezen uit de mensenkinderen en
daarbij kinderen verwekken.’
6. Het betrof tweehonderd (engelen). Zij
daalden af naar de berg Hermon in de dagen van Jared. Zij gaven het de
naam Hermon omdat zij daar gezworen hadden en zich gebonden hadden aan
meerdere gezamenlijke vervloekingen.
Hoofdstuk 7.
1. Ieder koos voor zichzelf een vrouw uit die zij benaderen en met wie zij gemeenschap hadden. Zo verontreinigden zij zichzelf.
2. Zij leerden hen tovenarij, bezweringen en het onderscheiden van wortels en planten.
3. Zij werden zwanger en baarden grote reuzen van wel 150 meter lang.
Bron: https://www.godsplan.eu/index_htm_files/Het%20boek%20van%20Henoch.pdf
Geen opmerkingen:
Een reactie posten